Jan Hendriksen
Interviewdatum: 27 september 2022
Publiekslieveling aan de Ceintuurbaan
Een toonbeeld van ijver en werklust. Zo stond “de witte” bekend onder de supporters van weleer. Iemand die hierdoor door diezelfde supporters bijzonder gewaardeerd werd: Jan Hendriksen (70).
Een rasechte Zwollenaar is Hendriksen, die in zijn jeugd uitkwam voor de toenmalige Tuinders en ZAC. Dat zijn vader lid was van Zwolsche Boys, nota bene de destijdse rivaal van de club, maakte geen verschil toen PEC interesse toonde in de talentvolle spits van ZAC. “Bij mijn vader stond plezier bij zijn kinderen altijd voorop en hij heeft me daarom nooit iets verplicht omtrent clubkeuze. Toen ik door PEC werd gebeld om een oefenwedstrijd te spelen, ben ik daar dus op ingegaan.” Deze wedstrijd met talentvolle spelers van verschillende amateurverenigingen uit de regio zou, zoals gebruikelijk in die tijd, in het geheim plaatsvinden. “Toen ik uiteindelijk overschrijving aanvroeg om het daaropvolgende seizoen bij PEC te gaan voetballen, kreeg ZAC er wel weet van natuurlijk. Dit werd mij in eerste instantie niet in dank afgenomen en werd mij zelfs nog een tijdelijke schorsing opgelegd.”
De eerste twee jaar bij PEC speelde Hendriksen bij de zogenaamde geselecteerde jeugd die onder leiding stond van Bas Paauwe Jr. “Vervolgens maakte ik de overstap naar de senioren, waarbij mijn wedstrijden in het eerste seizoen nog 50/50 waren met het tweede elftal.” Tijdens de seizoenen die volgden zou Hendriksen uitgroeien tot een gewaardeerde kracht op het Zwolse middenveld. “Ik moest het vooral hebben van hard werken en schoffelen, waarbij ik na het afpakken van de bal deze inleverde bij de betere spelers. Ik kende dus mijn eigen kwaliteiten en gelukkig merkte ik dat het publiek dit kon waarderen.”
Het eerste grote succes wordt in het seizoen 1976 -1977 bereikt met het halen van de bekerfinale. Ondanks dat de makers van het programmaboekje ervan uitgingen dat Niels Sörensen zou spelen, verschijnt Jan Hendriksen ‘gewoon’ aan de aftrap. Veel van de bekerfinale kan hij zich echter niet meer herinneren. “Natuurlijk speelt voornamelijk het zure verlies hierbij een grote rol, want als speler wil je zo’n verloren finale vervolgens zo snel mogelijk vergeten. Hetgeen dat mij daarom het meest is bijgebleven is de stoet met bussen die ons vanuit Zwolle inhaalden onderweg naar Nijmegen. Iets wat echt wel indruk maakte op mij en de rest van de spelers.”
Het lijkt PEC Zwolle niet gegund te zijn; de club strandt achtereenvolgens in de halve finale en finale van het bekertoernooi en in de competitie vergooit het de titelkansen en eindigt op een tweede plek. In het seizoen 1977-1978 moet het dan toch echt gaan gebeuren: promotie naar de eredivisie. Nadat de verliezend finalist van het jaar ervoor in de eerste ronde van het bekertoernooi al werd uitgeschakeld door Eindhoven, kan de focus volledig gericht worden op de competitie. Iets wat tot het einde spannend bleef, want na vijfendertig wedstrijden stonden zowel MVV als PEC met tweeënvijftig punten bovenaan. “Alles kwam aan op onze laatste wedstrijd thuis tegen FC Vlaardingen. Die wilde ik natuurlijk voor geen goud missen. Ik had op dat moment nog geen enkele competitiewedstrijd gemist, maar juist de een-na-laatste wedstrijd verzwikte ik mijn enkel. Gelukkig werd tussendoor de bekerfinale nog gespeeld, waardoor ik een week extra had qua revalideren. Toch ging het nog steeds niet van harte en bleef ik last houden van mijn enkel. Doordat René IJzerman door een schorsing ook al afwezig was, moest ik haast wel spelen. Vandaar dat ik, iets wat ik normaal nooit zou doen, besloot langs het ziekenhuis te gaan voor een spuit.” De wedstrijd werd uiteindelijk met 3-1 gewonnen en zo kon de club zich voor het eerst in de geschiedenis op gaan maken voor eredivisievoetbal.
Tijdens zijn gehele profcarrière speelde Hendriksen als semi-prof. Iets wat bij tijd en wijle bijzonder zwaar viel. “Doordat ik op jonge leeftijd was getrouwd, was een vast inkomen voor mij erg belangrijk. Toen ik eenmaal bij de hoofdselectie werd gehaald en er dus ’s middags zou worden getraind, trok ik toch maar mijn stoute schoenen aan om bij mijn werkgever, vleeswarenfabrikant Stegeman, te vragen of ik in de middag eerder weg mocht. Gelukkig heb ik binnen de beperkingen alle mogelijkheden gekregen, waardoor ik elke dag uit werk snel in de auto kon springen om naar het stadion te gaan voor de training.” Over de contracten bij PEC heeft Hendriksen ook nog een mooie anekdote. “We hadden als spelers lage contracten en juist hoge premies. Die premies waren vastgesteld op elke overwinning of gelijkspel dat er geboekt werd. Voorzitter Van der Wal deed daar graag nog een schepje bovenop. Zo speelden we eens in het paasweekend twee keer, zowel zaterdag als maandag, tegen Fortuna. Bij vier punten, in die tijd twee overwinningen, zou onze premie meer dan verdubbeld worden. Uit mijn hoofd ging het om iets van 4000 gulden. Een enorm bedrag en toen wisten we ook nog eens beide wedstrijden te winnen!”
Na ruim tien seizoenen vertrekt Hendriksen bij PEC. De club zou een andere weg inslaan en dus vond de blonde kilometervreter het mooi geweest. “Ik heb op dat moment ook helemaal niet gekeken naar een andere club. Mijn focus lag namelijk al op het trainerschap. Vervolgens had ik al een gesprek achter de rug bij Hattem en Wijhe om trainer te worden, toen Heerenveen aanklopte. Vooral vanuit financieel perspectief was het aantrekkelijk toch nog door te gaan en daarnaast speelde de club op een niveau lager waardoor ik relatief minder van mijn lichaam hoefde te eisen. Samen met oude bekenden als Ad Raven, Gerrit Visscher en John van den Wildenburg heb ik daar nog twee mooie seizoenen gehad.”