Lourents van der Bend

Middenvelder (1924 - 1937)

Transfer van de eeuw

Eén van de steunpilaren en spelmakers van het topelftal dat in de jaren ‘20 de eerste successen uit de clubgeschiedenis bereikte.  “Een dribbelaar met een fantastische snelheid en een machtig schot”, zo werd Lourents van der Bend jaren later omschreven.

De geboren Zwollenaar begon zijn voetbalcarrière niet bij P.E.C., maar speelde de eerste jaren juist bij de grote rivaal Zwolsche Boys. Het was daarom ook niet gek dat er aan aandacht geen gebrek was toen bekend werd dat de toen tweeëntwintigjarige Van der Bend zou overstappen naar P.E.C. “De transfer van de eeuw”, zo werd het bestempeld. De overstap van Van der Bend was namelijk onderdeel van een groter geheel. In het seizoen 1924-1925 stapte de gehele middenlinie, bestaande uit Hendrik Jan Jansen, Jan van der Gronden en Lourents van der Bend, van de Boys over naar P.E.C. Een donderslag bij heldere hemel, waardoor de haat en nijd tussen de grote Zwolse rivalen naar enorme hoogte steeg. Wat Van der Bend aanzette tot dit besluit was voer voor roddels. De volksmond had het al gauw over cadeaus en geld, maar de reden was in veel romantischere kringen te zoeken. Hij kreeg namelijk een serieuze verkering met een meisje dat later zijn vrouw zou worden. Deze Femmigje had een aantal vriendinnen in de kring van P.E.C. en stelde Lourents voor het blok. Ze wilde namelijk wel verkering, mits Van der Bend zou overstappen. Van der Bend zelf gaf niet zoveel om de verschillende milieus waarin de verenigingen leefden en had bij zowel Zwolsche Boys en P.E.C. kameraden. De overstap kwam er en de rest geschiedde.

Dat Jan van der Gronden de overstap ook maakte was niet heel gek. De twee waren neven van elkaar en, zoals Van der Bend het zelf verwoorde, waren zo eensgezind in alles dat de overstap een normale vanzelfsprekendheid was. In 1926 zouden ze samen in het eerste elftal van P.E.C. een hoofdrol vervullen tijdens de zogenaamde “Slag bij Kampen”. Na afloop van de met 2-3 gewonnen wedstrijd tegen K.H.C. werd Van der Bend aangevallen door teleurgestelde/boze Kampenaren, terwijl Van der Gronden tijdens de wedstrijd al zou zijn mishandeld door een tegenstander. Het zorgde er uiteindelijk zelfs voor dat de gehele IJsselbrug werd afgezet en de Zwollenaren onder politiebegeleiding weer naar huis gebracht werden. Een paar maanden later mocht Van der Bend zich in de rechtbank melden als getuige van de mishandeling van zijn vriend Van der Gronden. Over deze slag en uitspraak van de rechter is een geheel artikel gewijd, te lezen via: De slag bij Kampen.

P.E.C. kwiek en fit

De geheel nieuwe middenlinie van P.E.C. kenmerkte de ontwikkeling die de club doormaakte. Met De Vrolijkheid had de club Het Bleekien kunnen inruilen voor een modernere accommodatie en ook de kwaliteit van de selectie moest naar een hoger niveau getild worden. Mede door hogere P.E.C. prominenten die hoge functies bij de P.T.T. of NS bekleedden, konden betere spelers worden aangetrokken. In een tijd van hoge werkeloosheid was het krijgen van een baan in ruil voor spelen in het eerste elftal van P.E.C. natuurlijk zo gek nog niet. Voor beide partijen een win-win situatie dat zich eind jaren ’20 pas echt begon uit te betalen. Zo behaalde de club, na het kampioenschap naar de Eerste Klasse in 1917, het tweede hoogtepunt in de clubgeschiedenis: de bekerfinale. Na een verpletterende reeks wedstrijden met een doelsaldo van dertig voor en zeven tegen, mocht de bekersensatie van het seizoen zich klaar maken voor de eindstrijd tegen het Haarlemse RCH. Toch hield Van der Bend geen prettige herinneringen over aan deze finale. De openingstreffer kwam op zijn naam te staan, maar helaas was dit wel een eigen doelpunt. Een corner werd volledig verkeerd geraakt door de middenvelder, waardoor hij de eigen doelman kansloos liet. Wellicht een verzachtende factor was het feit dat Van der Bend niet de enige was met een eigen doelpunt. In de tweede helft zou immers doelman De Bont de bal in eigen doel werken, waardoor er met 2-0 werd verloren.

Dit teleurstellende resultaat zorgde er niet voor dat P.E.C. van slag raakte. De club had zich immers op de nationale voetbalkaart gezet en kon zich tijdens het nieuwe seizoen weer richten op het kampioenschap. Dat de focus lag op dit doel was niet gek, het resultaat van jarenlange verbeteringen doorvoeren binnen de vereniging zorgde ervoor dat het sterkste elftal tot dan toe het veld ingestuurd kon worden. Het middenveld werd hierbij nog steeds gevormd door Jan van der Gronden en Lourents van der Bend, waarbij de derde middenvelder varieerde. Uiteindelijk werd er slechts één van de achttien wedstrijden verloren, waarna P.E.C. zich mocht opmaken voor de beslissingswedstrijden voor het kampioenschap. Hierbij zegevierden de groen-witten en zo kon Van der Bend in 1929 eindelijk zijn eerste succes vieren met de club. Dit succes werd bijna overtroffen toen P.E.C. twee seizoenen later op het laatste moment, uitgerekend na een beslissingswedstrijd tegen Go Ahead, het kampioenschap in de Eerste Klasse aan zich voorbij moest laten gaan.

Einde carrière

1937 was voor zowel Van der Bend als P.E.C. een zwaar jaar. Het jaar was immers nog maar net begonnen toen zijn vader, nog maar zestig jaar oud, kwam te overlijden. Helaas is dit, ook na navraag bij kennissen en zijn dochter, niet meer met zekerheid te achterhalen, maar de kans is zeer aannemelijk dat dit overlijden de reden was voor het stoppen van zijn voetbalcarrière. De taken binnen de slagerij van de familie moesten immers herverdeeld worden. Een flinke aderlating voor P.E.C., maar het zou nog erger worden voor de club toen de NS besloot hun werkplaats uit Zwolle te verplaatsen. Zo verdwenen er naast Van der Bend nog eens zes sterkhouders, waardoor 1937 destijds bestempeld werd als het zwaarste jaar uit de clubgeschiedenis.

Uiteindelijk zou Lourents van der Bend dertien jaar in het eerste van P.E.C. spelen. Van de gevoelige overstap en ‘De slag bij Kampen’ tot de buitenlandse reisjes en de bekerfinale. Een roerige tijd, waarin P.E.C. enorme stappen maakte en steeg in aanzien op de landelijke voetbalkaart. Hiervoor mogen spelers als Van der Bend niet vergeten worden. Een steunpilaar op het middenveld, die door zijn kwaliteiten ook meermaals werd uitgeroepen voor het Oostelijk Elftal.

Vleesbedrijf

Zoals in bovenstaande alinea al werd aangegeven had de familie Van der Bend een vleesbedrijf, welke in 1898 was opgericht. Vanzelfsprekend kwam Lourents samen met zijn broers in de slagerij werken. Zo liep Lourents al op jonge leeftijd vanuit Heino met de koeien door de Wipstrik op weg naar de slagerij. Het werken bij het familiebedrijf en voetballen bij P.E.C. zou de jaren die volgden geen problemen opleveren. Destijds werd er doordeweeks immers alleen op de woensdagmiddag getraind en vervolgens op zondag de wedstrijd gespeeld. Desondanks had Lourents nog wel een mooie anekdote over het vrijaf krijgen in petto: “ikzelf had het er niet altijd makkelijk mee, dat ik ’s woensdagmiddags vrijaf kreeg voor de training. Het is wel gebeurd dat ik thuis de deur op slot deed, als ik ’s zondags slecht gespeeld had! Dan kreeg ik tenminste niet van mijn vader of mijn broers op mijn dag. Ik hoor ze nog schelden: wij ons te barsten werken in de slagerij en jij mooi vrijaf om te trainen en dan ook nog op de kop krijgen!”

Na het overlijden van zijn vader kwam Lourents volledig in dienst bij het familiebedrijf. In welke functies hij vervolgens allemaal werkzaam was is helaas (nog) niet gelukt te achterhalen. Wat wel duidelijk is, is dat zijn broer Hendrik directeur was van het bedrijf toen de verplaatsing van Zwolle naar het Groningse Leek een feit werd. De houding van het Zwolse gemeentebestuur zou hier voor hebben gezorgd. Uiteindelijk sloot het bedrijf in 1990 ook in Leek de deuren. Een definitief einde van ruim een eeuw een Zwols familiebedrijf.

Persoonlijk

Lourents van der Bend werd op maandag 14 april 1902 geboren in de Molenstraat te Zwolle. Vader Lourents van der Bend en moeder Johanna Hermina van der Gronden zouden in totaal tien keer een geboorte vieren, waarvan de jonge Lourents het vierde telg was. Op 18 februari 1930 traden Lourents van der Bend en Femmigje van den Brink in het huwelijksbootje. Het stel, wonend aan het Diezerplein 32, kreeg twee zonen en één dochter. Hiervan kwam Pieter op twee december 1942 op tienjarige leeftijd al te overlijden. Een verlies dat een zeer duidelijke stempel achterliet op Van der Bend voor de jaren die nog zouden volgen. Op zesentachtigjarige leeftijd, op 16 juni 1988 om precies te zijn, vond Lourents van der Bend in Zwolle zijn laatste rustplek.

 

Voor het schrijven van dit verhaal is mede gebruik gemaakt van het interview dat Gerard Schutte voor het boek ‘Meters buitenspel’ in 1982 met Lourents had. De foto’s omtrent het vleesbedrijf zijn verkregen via een Facebookpagina in het teken van de firma. Daarnaast wil ik als laatste Gea en Ab bedanken voor de gastvrijheid en alle mooie verhalen die zij over hun (schoon)vader hebben verteld.